BAC 2023-13174
Publicatiedatum 09-04-2025
Advies van de Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen
Aan: Belastingdienst/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT)
Betreft: het bezwaarschrift van [belanghebbende]
Primaire besluiten: 16 februari 2023 met kenmerk UHT-DCH en 28 februari 2023 met kenmerk UHT-O OGS B
Ontvangst bezwaarschriften: 28 maart 2023 en 7 april 2023
Hoorzitting: 5 december 2024
Overdracht advies aan UHT: 8 januari 2025
Samenvatting
De Bezwaarschriftenadviescommissie (hierna: de Commissie) adviseert UHT om het
bezwaar tegen de beschikking met kenmerk UHT-DCH gedeeltelijk gegrond te verklaren, die beschikking te herroepen, een nieuwe beschikking te nemen met inachtneming van dit advies en ter zake van het bezwaar tegen die beschikking een
proceskostenvergoeding toe te kennen. De Commissie adviseert voorts het bezwaar
tegen de beschikking met kenmerk UHT OGS B ongegrond te verklaren.
Onderwerp van advies
De door gemachtigde namens belanghebbende ingediende bezwaarschriften zijn gericht tegen de door UHT genomen definitieve beschikkingen compensatie kinderopvangtoeslag van 16 februari 2023 (UHT-DCH) en 28 februari 2023 (UHT-O OGS B).
Aan belanghebbende is met toepassing van de Wet hersteloperatie toeslagen (hierna:
Wht) compensatie toegekend voor een bedrag van €24.144,- voor de jaren 2013 en
2014.
Procesverloop
- Belanghebbende heeft op 23 december 2020 verzocht om een herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag (hierna: KOT) over de jaren 2013 en 2014.
- UHT heeft bij beschikking van 23 februari 2021 aan belanghebbende medegedeeld dat zij wel in aanmerking komt voor een betaling van €30.000,- ingevolge de Catshuisregeling.
- UHT heeft bij vooraankondiging aan belanghebbende een compensatie toegekend
voor een bedrag van € 23.503,-. - UHT heeft bij de bestreden beschikking met kenmerk UHT-DCH aan
belanghebbende een compensatie toegekend voor een bedrag van € 24.144,-. - UHT heeft bij de bestreden beschikking met kenmerk UHT-O OGS B een
tegemoetkoming opzet/grove schuld van €2.033,- toegekend voor het toeslagjaar
2014. - Gemachtigde heeft bij brief van 28 maart 2023, ingekomen op 28 maart 2023,
namens belanghebbende tegen de beschikking met kenmerk UHT-DCH een
bezwaarschrift ingediend. - Gemachtigde heeft bij brief van 6 april 2023, ingekomen op 7 april 2023, namens
belanghebbende tegen de beschikking met kenmerk UHT-O OGS B een
bezwaarschrift ingediend. - UHT heeft op 5 april 2024 schriftelijk gereageerd op de bezwaren.
- Partijen zijn opgeroepen voor een hoorzitting op 5 december 2024
Belanghebbende is niet ter zitting verschenen. Gemachtigde heeft vervolgens
namens belanghebbende telefonisch ervan afgezien te worden gehoord en erin
bewilligd dat de zaak op de stukken wordt afgedaan. - Dit advies wordt uitgebracht door [fungerend voorzitter] en [leden].
Ontvankelijkheid en algemene opmerkingen
Niet in geschil is dat de bezwaren ontvankelijk zijn.
Overwegingen ten aanzien van de bezwaren en het bestreden besluit
Compleetheid dossier
Belanghebbende stelt dat de stukken die ten grondslag liggen aan de bestreden
beschikkingen van 16 februari 2023 en 28 februari 2023 ontbreken. Derhalve zijn de
bestreden beschikkingen onvoldoende gemotiveerd. De Commissie kan UHT volgen in het ingenomen standpunt ten aanzien van de motivering van de besluiten en de
zorgvuldigheid van het hieraan ten grondslag liggende onderzoek. Ter voorbereiding van de definitieve compensatiebeschikkingen zijn de bedragen in de compensatieberekening vastgesteld aan de hand van de gegevens die UHT tot haar beschikking had. De gegevens zijn afkomstig van onder meer de voorschotbeschikkingen, definitieve beschikkingen, SAS-overzichten en overzichten van het Landelijk Incassocentrum (hierna: LIC) en uitdraaien van meldingen. De Commissie stelt vast dat belanghebbende inmiddels beschikt over de beschouwing van UHT d.d. 5 april 2024 en de bijbehorende stukken, die op 20 juni 2024 aan gemachtigde zijn verzonden. Op basis van de in dit dossier opgenomen stukken kon belanghebbende genoegzaam inzicht verkrijgen in de totstandkoming van de bestreden beschikkingen. De Commissie acht het bezwaar op dit onderdeel ongegrond.
Motiveringsbeginsel
Belanghebbende is van mening dat de bestreden beschikkingen in strijd met het
motiveringsbeginsel tot stand zijn gekomen. De Commissie kan UHT volgen in het
ingenomen standpunt ten aanzien van de motivering van het besluit. De Commissie is
van oordeel dat UHT de berekeningen bij het uitbrengen van de bestreden beschikking
weliswaar niet voldoende heeft toegelicht, maar dat het bestreden besluit door middel
van het indienen van het schriftelijke verweer, een uitgebreide uitleg met behulp van
overzichten van het Landelijk incassocentrum (hierna: LIC) en overige producties
inmiddels voldoende is onderbouwd. Het bezwaar is op dit onderdeel ongegrond.
Compensatieberekening toeslagjaren 2013 en 2014
UHT heeft opgemerkt dat de invorderingskosten over het toeslagjaar 2014 verkeerd op de compensatieberekening zijn opgenomen. In de beschikking met kenmerk UHT-DCH is ter zake een bedrag vermeld van € 934,- in plaats van €1.357,-.. UHT heeft gesteld dat zij de compensatieberekening in de beslissing op bezwaar op dit punt zal aanpassen. De Commissie adviseert UHT om aansluitend bij haar eigen standpunt, de compensatie over 2014 opnieuw te berekenen en daarbij alle, ingevolge de Wht daarmee samenhangende vergoedingen opnieuw te berekenen met inachtneming van dit advies.
Tegemoetkoming O/GS over toeslagjaar 2014
Belanghebbende stelt dat de tegemoetkoming O/GS over de periode maart tot en met
december van het toeslagjaar 2014 verkeerd is berekend. Zij vermeldt dat over he
toeslagjaar € 8.130.- van haar is teruggevorderd. De tegemoetkoming O/GS moet
volgens belanghebbende daarom op € 2.439,-(30 procent van het teruggevorderde
bedrag) worden vastgesteld.t. De Commissie volgt belanghebbende niet in dit betoog.
Belanghebbende is over de periode januari en februari van het toeslagjaar 2014
gecompenseerd op grond van vooringenomen handelen. Belanghebbende kan op grond van het bepaalde in artikel 2.6 Wht een beroep doen op één compensatieregeling per periode De O/GS-tegemoetkoming dient daarom naar rato te worden berekend over 10 maanden van het desbetreffende toeslagjaar. Belanghebbende heeft dus recht op ( € 8.130,- x 30% x 10/12) €2.033.-. UHT heeft de tegemoetkoming O/GS dus correct berekend. De Commissie adviseert het bezwaar op dit onderdeel ongegrond te verklaren.
Vergoeding voor werkelijk geleden schade
Belanghebbende stelt dat zij meer schade heeft geleden dan het in de definitieve
compensatiebeschikking toegekende bedrag. Daarover merkt de Commissie op dat de
Wht in beginsel een forfaitaire compensatie toekent aan gedupeerde ouders.
Een belanghebbende, die meer schade heeft geleden dan forfaitair wordt
gecompenseerd, kan uit hoofde van artikel 2.1 lid 3 Wht aanvullende compensatie
krijgen voor die werkelijke schade. Belanghebbende dient daartoe een verzoek tot
vergoeding van die werkelijke schade in te dienen, dat door UHT voor advies wordt
voorgelegd aan de Commissie Werkelijke Schade.
Proceskostenvergoeding
Nu het bezwaar tegen de bestreden beschikking met kenmerk naar het oordeel van de
Commissie deels gegrond is, adviseert de Commissie om het verzoek om een vergoeding van de kosten van rechtsbijstand toe te wijzen.
Conclusie
Samengevat adviseert de Commissie om het bezwaar tegen de beschikking met kenmerk UHT DCH gedeeltelijk gegrond te verklaren en om:
die beschikking te herroepen, een nieuwe beschikking te nemen met inachtneming van dit advies en ter zake van het bezwaar tegen die beschikking een
proceskostenvergoeding toe te kennen. De Commissie adviseert voorts het bezwaar
tegen de beschikking met kenmerk UHT OGS B ongegrond te verklaren.
[handtekening]
Secretaris
[handtekening]
Fungerend voorzitter