Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

BAC 2022-9041

Advies van de Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen

Aan: Belastingdienst/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT)

Betreft: het bezwaarschrift van [belanghebbende]

Primair besluit: 8 april 2022

Ontvangst bezwaarschrift: 21 april 2022

Hoorzitting: n.v.t.

Overdracht advies aan UHT: 21 juli 2022

Samenvatting

De bezwaarschriftenadviescommissie (hierna: de Commissie) adviseert UHT om de bestreden beschikking in stand te laten en het bezwaar kennelijk ongegrond te verklaren. Voorts adviseert de Commissie om aan belanghebbende te laten weten dat dit geen gevolgen heeft voor mogelijke compensatie op grond van enige andere toekomstige herstelregeling.

Onderwerp van advies

Het door namens (hierna: belanghebbende) ingediende bezwaarschrift is gericht tegen de door de Belastingdienst/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT) genomen beschikking van 8 april 2022 (UHT DCHR A B3), strekkende tot de mededeling dat UHT na de eerste toets heeft vastgesteld dat belanghebbende geen gedupeerde is.

De Commissie bestaande uit [voorzitter] en [leden], heeft het bezwaarschrift behandeld in haar vergadering van 6 juli 2022.

Gronden van bezwaar

Gemachtigde stelt dat de beschikking aan alle kanten rammelt. Belanghebbende heeft
zich niet tot de afdeling toeslagen gewend in verband met kinderopvangtoeslag (hierna ook: kot), maar met kindgebonden budget (hierna: kgb).

Belanghebbende is gedupeerd omdat de Belastingdienst/Toeslagen op onjuiste basis, over de nodige jaren, terugbetaling heeft gevorderd omdat zij te veel kgb zou hebben ontvangen. Derhalve dient belanghebbende in het kader van de toeslagenaffaire als
gedupeerde te worden aangemerkt.

Toepasselijke wet- en regelgeving

  • Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb);
  • Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (hierna: Awir);
  • Besluit Compensatieregeling CAF 11 en vergelijkbare (CAF-)zaken van 28
    augustus 2020, Staatscourant 7 september 2020, 45904 (hierna: Compensatieregeling);
  • Besluit proceskosten bestuursrecht van 22 december 1993 (hierna: Besluit
    proceskosten);
  • Besluit forfaitair bedrag en verruiming compensatieregeling (Catshuisregeling
    Kinderopvangtoeslag), Staatscourant 19 maart 2021, 14691 (hierna:
    Catshuisregeling);
  • Besluit uitbreiding Catshuisregeling Kinderopvangtoeslag, Staatscourant 1 juni
    2021, nr. 28304 (hierna: tweede Catshuisregeling);
  • Subsidieregeling pakket rechtsbijstand herstelregelingen kinderopvangtoeslag,
    Staatscourant 1 maart 2021, 10248 (hierna: Subsidieregeling).

Ontvankelijkheid

Niet in geschil is dat het bezwaarschrift tijdig is ingediend en ontvangen en dat het
voldoet aan de daaraan te stellen eisen.

Overwegingen ten aanzien van de bezwaren en het bestreden besluit

De Commissie ziet zich gesteld voor de vraag of UHT terecht en op goede gronden is
gekomen tot haar beslissing om het verzoek van belanghebbende om compensatie of
tegemoetkoming af te wijzen. Naar mening van de Commissie is dit inderdaad het geval, hetgeen hieronder nader uiteen zal worden gezet.

In het kader van de hersteloperatie kinderopvangtoeslag heeft het kabinet een aantal
herstelregelingen in het leven geroepen. Gedupeerde ouders kunnen een verzoek om
compensatie of tegemoetkoming indienen op grond van een van de volgende regelingen:

  • De artikelen 49 (hardheidsregeling), 49b (compensatieregeling) en 49c (O/GS
    tegemoetkomingsregeling) van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen
    (Awir);
  • de herzieningsmogelijkheid in het kader van herstel kinderopvangtoeslag, bedoeld in de onderdelen 2.1 en 3.1 van het Verzamelbesluit Toeslagen; en
  • het Besluit Compensatieregeling CAF 11 en vergelijkbare (CAF-)zaken (hierna: de
    herstelregelingen).

Deze herstelregelingen zijn onlosmakelijk verbonden met de kinderopvangtoeslag. De
regelingen uit hoofde van de Awir zien op grond van het eerste lid van respectievelijk art. 49, 49b en 49c Awir op compensatie vanwege het handelen van de
Belastingdienst/Toeslagen bij de uitvoering van de kinderopvangtoeslag. Ook de
herzieningsmogelijkheid in het kader van herstel kinderopvangtoeslag is – zoals de naam al zegt – enkel van toepassing op kotbeschikkingen. Tot slot beperkt ook het Besluit Compensatieregeling CAF 11 en vergelijkbare (CAF-)zaken zich tot gedupeerden van het kot-schandaal. In onderdeel 2 van dat besluit staat de doelgroep vermeld: ouders die deel hebben uitgemaakt van het CAF 11 of een vergelijkbaar (CAF-)onderzoek, of waar bij de vaststelling van de kot sprake is geweest van een institutioneel vooringenomen handelwijze van de Belastingdienst/Toeslagen. Kort gezegd geldt dus voor alle herstelregelingen dat als er geen kot is aangevraagd, er ook geen recht op compensatie of tegemoetkoming bestaat.

De Commissie kan dan ook niet anders concluderen dan dat UHT op goede gronden tot haar besluit is gekomen. In de beschikking staat immers als reden voor de afwijzing van het verzoek om compensatie vermeld dat belanghebbende nooit kot heeft aangevraagd. Dit is in het bezwaarschrift ook door belanghebbende bevestigd. Gezien het voorgaande kan belanghebbende hierdoor niet als gedupeerde in de zin van de herstelregelingen worden aangemerkt.

De door belanghebbende aangevoerde bezwaargrond kan haar bovendien niet baten.
Ook als zou blijken dat zij gedupeerd is vanwege de onterechte invordering van kgb, dan nog zou zij geen aanspraak kunnen maken op compensatie op grond van de
herstelregelingen. De Commissie stelt derhalve vast dat de door belanghebbende
ingediende bezwaargronden onmiskenbaar ongegrond zijn.

Daar de gronden van bezwaar geen reden geven om te oordelen dat de
Compensatieregeling niet goed is uitgevoerd, acht de Commissie het bezwaarschrift van belanghebbende kennelijk ongegrond. Met toepassing van artikel 7:3 Awb heeft de Commissie van het horen van belanghebbende afgezien.

Wellicht ten overvloede merkt de Commissie nog op dat er op dit moment aan een
herstelregeling voor gedupeerden op grond van andere toeslagen wordt gewerkt. Voor
zover belanghebbende in het kader van het kgb gedupeerd is, zal zij te zijner tijd op deze regeling een beroep kunnen doen.

Advies

De Commissie adviseert het bezwaar tegen de bestreden beschikking kennelijk
ongegrond te verklaren.

[handtekening]

Secretaris

[handtekening]

Fungerend voorzitter