BAC 2022-4907
Publicatiedatum 13-10-2023
Samenvatting
Nu niet aannemelijk is geworden dat belanghebbende in de desbetreffende jaren aanspraak had op KOT, is de Commissie van oordeel dat UHT zich op het standpunt mocht stellen dat belanghebbende evident geen recht had op KOT en er aldus sprake is van een ernstige onregelmatigheid, als bedoeld in artikel 2.1,1id 2, van de Wht. De Bezwaarschriftenadviescommissie adviseert UHT om het bezwaarschrift ongegrond te verklaren.