BAC 2022-11835

Publicatiedatum 06-11-2023

Advies van de Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen

Onderwerp van advies

Het door [gemachtigde] namens [belanghebbende] ingediende bezwaarschrift is gericht tegen de door UHT genomen (afwijzende) beschikking lichte toets van 21 februari 2022.
Deze beschikking is gebaseerd op het Besluit forfaitair bedrag en verruiming
compensatieregeling van 18 maart 2021 (Staatscourant 2021, 14691) gewijzigd bij
Besluit uitbreiding Catshuisregeling Kinderopvangtoeslag van 31 mei 2021,
(Staatscourant 2021, 28304) (hierna: Catshuisregeling).
Op 5 november 2022 is de Wet houdende regels ten behoeve van de hersteloperatie
toeslagen (Wet hersteloperatie toeslagen, hierna: Wht) in werking getreden. Op grond
van artikel 9.2 en artikel 8.6 Wht moet de bestreden beschikking geacht worden te zijn
genomen op grond van artikel 2.1 en verder van de Wht.

Procesverloop

• Belanghebbende heeft zich bij UHT aangemeld in het kader van een herbeoordeling van kinderopvangtoeslag (hierna: KOT) over de toeslagjaren 2014 en 2015.
• Bij brief van 21 februari 2022 heeft UHT aan belanghebbende meegedeeld dat zij
  op basis van de uitgevoerde lichte toets nog geen reden zag om haar € 30.000 te betalen, vooruitlopend op de integrale beoordeling.
• Bij brief, ingekomen op 25 februari 2022, heeft gemachtigde van belanghebbende bezwaar gemaakt tegen deze beschikking.
• Op 11 november 2022 heeft UHT een schriftelijke reactie verstrekt waarin UHT
  aangeeft dat het bezwaar ongegrond is.
• Bij e-mail bericht van 3 juli 2023 heeft gemachtigde namens belanghebbende aangegeven geen gebruik te willen maken van het recht om gehoord te worden.
• De Commissie, bestaande uit [voorzitter] en [leden], heeft het bezwaar van belanghebbende op de in het dossier bekende stukken behandeld en het volgende advies aan UHT opgesteld.

Ontvankelijkheid en algemene opmerkingen

Niet in geding is dat het bezwaarschrift tijdig is ontvangen.

Overwegingen ten aanzien van de bezwaren en het bestreden besluit

De Commissie ziet zich gesteld voor de vraag of UHT terecht en op goede gronden is
gekomen tot haar beslissing om het verzoek van belanghebbende om compensatie of
tegemoetkoming vooralsnog af te wijzen op basis van de lichte toets.
In het kader van de hersteloperatie kinderopvangtoeslag heeft het kabinet eind 2020
aanvullende maatregelen genomen met als doel ouders sneller recht te kunnen doen. Eén van die maatregelen betreft het uitkeren van een forfaitair bedrag van € 30.000 aan alle gedupeerde ouders die een verzoek voor herstel hebben ingediend, indien het
verzoek op basis van een lichte toets wordt gehonoreerd.
De gemachtigde heeft in het bezwaarschrift aangegeven dat de beschikking niet
deugdelijk is gemotiveerd omdat niet voldoende rekening is gehouden met de
persoonlijke situatie van belanghebbende.

De Commissie kan UHT volgen in het ingenomen standpunt ten aanzien van de motivering van het besluit en de zorgvuldigheid van het hieraan ten grondslag liggende onderzoek. De Commissie is van oordeel dat door middel van het indienen van de schriftelijke reactie en overige producties het bestreden besluit voldoende is onderbouwd.
Uit de schriftelijke reactie van UHT blijkt dat UHT tijdens de behandeling van het bezwaar van belanghebbende nader onderzoek heeft verricht. Belanghebbende heeft bij het aanvragen van de KOT over toeslagjaar 2014 aangegeven dat zij tot de doelgroep behoort. Op 29 maart 2016 is de KOT voor toeslagjaar 2014 op nihil gesteld, omdat belanghebbende in 2015 aangaf gedurende het gehele jaar 2014
geen werk te hebben gehad en niet tot de doelgroep behoorde.
Op 26 maart 2015 is de KOT over toeslagjaar 2015 per 10 maart 2015 stopgezet, omdat de kinderopvangkosten per 10 maart 2015 waren gestopt en belanghebbende niet tot de doelgroep behoorde. Op 5 februari 2016 is de KOT voor toeslagjaar 2015 op nihil gesteld, omdat was vastgesteld dat belanghebbende niet meer tot de doelgroep behoort. De Commissie adviseert UHT het bezwaar ongegrond te verklaren.

Gemachtigde heeft aangegeven dat belanghebbende afziet van het recht om gehoord te worden.

De Commissie adviseert UHT om te bevorderen dat de integrale beoordeling zo spoedig mogelijk zal plaatsvinden.

Conclusie

Samengevat concludeert de Commissie dat UHT een voldoende zorgvuldig onderzoek
heeft gedaan in het kader van de lichte toets. De Commissie adviseert UHT om:

• het bezwaarschrift ongegrond te verklaren,
• te bevorderen dat de integrale beoordeling van het dossier van belanghebbende in
  gang wordt gezet.