BAC 2022-09833
Publicatiedatum 09-11-2023
Advies van de Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen
Aan: Belastingdienst/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT)
Betreft: het bezwaarschrift van [belanghebbende]
Primair besluit: 21 maart 2022 met kenmerk UHT CHR GU
Ontvangst bezwaarschrift: 12 augustus 2022
Hoorzitting: 31 augustus 2023
Overdracht advies aan UHT: 20 oktober 2023
Samenvatting
De Bezwaarschriftenadviescommissie (hierna: Commissie) adviseert de UHT om het bezwaar ongegrond te verklaren.
Onderwerp van advies
Het door (hierna: gemachtigde) namens (hierna: belanghebbende) ingediende bezwaarschrift van 10 augustus 2022, ontvangen op 12 augustus 2022, is gericht tegen de door UHT genomen beschikking lichte toets van 21 maart 2022, met kenmerk UHT CHR GU.
Deze beschikking is gebaseerd op het Besluit forfaitair bedrag en verruiming
compensatieregeling van 18 maart 2021 (Staatscourant 2021, 14691) gewijzigd bij
Besluit uitbreiding Catshuisregeling Kinderopvangtoeslag van 31 mei 2021,
(Staatscourant 2021, 28304) (hierna: Catshuisregeling).
Op 5 november 2022 is de Wet houdende regels ten behoeve van de hersteloperatie
toeslagen (Wet hersteloperatie toeslagen, hierna: Wht) in werking getreden (Stb. 2022,
433).
Gelet op 8.6 en artikel 9.2 Wht moet de bestreden beschikking van 21 maart 2022
geacht worden te zijn genomen op grond van artikel 2.1 en verder van de Wht.
Procesverloop
- Belanghebbende heeft zich bij UHT aangemeld in het kader van een herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag (hierna: KOT).
- Bij brief van 21 maart 2022 heeft UHT aan belanghebbende medegedeeld dat zij (nog) geen recht heeft op betaling van € 30.000 uit hoofde van de eerste toets en
dat de herbeoordeling nog niet klaar is. - Gemachtigde heeft bij brief, ingekomen op 12 augustus 2022, bezwaar gemaakt
tegen deze beschikking. Op 25 augustus 2022 heeft UHT hiervan een
ontvangstbevestiging gestuurd. - Op 20 maart 2023 heeft UHT schriftelijk gereageerd op de bezwaargronden van
belanghebbende. - Op 31 augustus 2023 heeft de Commissie een hoorzitting gehouden in
aanwezigheid van partijen. - De Commissie, bestaande uit [voorzitter] en [leden], heeft het advies vervolgens vastgesteld.
Ontvankelijkheid en algemene opmerkingen
Niet in geschil is dat het bezwaarschrift ontvankelijk is.
Overwegingen ten aanzien van de bezwaren en het bestreden besluit
De Commissie ziet zich gesteld voor de vraag of UHT terecht en op goede gronden is
gekomen tot haar beslissing om het verzoek van belanghebbende om compensatie of
tegemoetkoming vooralsnog af te wijzen.
In het kader van de hersteloperatie kinderopvangtoeslag heeft het kabinet eind 2020
aanvullende maatregelen genomen met als doel ouders sneller recht te kunnen doen.
Eén van die maatregelen betreft het uitkeren van een forfaitair bedrag van € 30.000 aan alle gedupeerde ouders die een verzoek voor herstel hebben ingediend, indien het
verzoek wordt gehonoreerd.
Voor het beoordelen van de vraag of een ouder in aanmerking komt voor toekenning van het bedrag van € 30.000 is voorzien in het uitvoeren van een zogenaamde lichte toets. Na de lichte toets volgt een integrale beoordeling op grond van de Wht.
Zoals uiteen is gezet in artikel 2.7 Wht voorziet die wet in een eenmalige forfaitaire
uitkering aan gedupeerde ouders. Deze uitkering is bedoeld voor ouders die een verzoek hebben ingediend of gaan indienen voor compensatie of tegemoetkoming op grond van de Wht, als zij daarvoor in aanmerking komen.
De Commissie kan UHT volgen in het ingenomen standpunt ten aanzien van de
motivering van het besluit en de zorgvuldigheid van het hieraan ten grondslag liggende onderzoek. Hoewel de beschikking geen uitvoerige motivering bevat, heeft UHT met de schriftelijke reactie van 20 maart 2023 en met behulp van SAS-overzichten en RKT-bestanden alsnog goed gemotiveerd waarom zij op basis van de lichte toets aan belanghebbende geen € 30.000 heeft toegekend.
De Commissie volgt UHT in het standpunt dat voor de jaren 2009 tot en met 2016 op
basis van de beschikbare gegevens geen reden bestaat om aan te nemen dat sprake is
van opzet/grove schuld (OGS), hardheid dan wel vooringenomen handelen door B/T.
Voor het jaar 2009 hebben geen neerwaartse bijstellingen plaatsgevonden.
Doorgevoerde wijzigingen in de KOT in de jaren 2010 tot en met 2016 zijn het directe
gevolg van de verwerking van informatie die B/T van belanghebbende of de
kinderopvanginstelling heeft ontvangen. Hier is geen sprake van vooringenomen
handelen van B/T, maar van verwerking van gegevens conform wet- en regelgeving.
Een onderzoek naar de vraagtekens rond de uitbetaling van de KOT in 2009 en 2010,
valt buitende reikwijdte van de beoordeling in het kader van de lichte toets. UHT geeft aan dat aan de hand van de betaal- en verrekenoverzichten van het Landelijk Incasso
Centrum (LIC) meer duidelijkheid kan worden verkregen over de gang van zaken
betreffende de uitbetaling van de KOT in de toeslagjaren 2009 en 2010, maar de LIC-overzichten komen eerst beschikbaar bij de integrale beoordeling. De Commissie kan zich vinden in dit standpunt.
Gezien het voorgaande heeft UHT belanghebbende terecht (nog) niet als gedupeerde in de zin van de herstelregelingen aangemerkt. De Commissie concludeert daarom dat UHT op goede gronden tot haar besluit is gekomen.
Voor zover een grondigere bestudering tijdens de integrale beoordeling tot de conclusie leidt dat belanghebbende toch als gedupeerde kan worden aangemerkt, kan alsnog worden overgegaan tot compensatie. Echter, dit heeft geen gevolgen voor het besluit over de lichte toets waartegen in onderhavige procedure in bezwaar is gekomen.
Het vorenstaande brengt mee dat de Commissie UHT zal adviseren het bezwaar
ongegrond te verklaren en het bestreden besluit in stand te laten. Met dit advies neemt de Commissie geen voorschot op de integrale beoordeling die nog zal plaatsvinden.
Conclusie
Samengevat is de Commissie van oordeel dat UHT op grond van alle ter zake overgelegde stukken een voldoende zorgvuldig onderzoek heeft uitgevoerd in het kader van de lichte toets en adviseert de Commissie UHT om het bezwaarschrift ongegrond te verklaren en de bestreden beschikking in stand te laten.
[handtekening]
Secretaris
[handtekening]
Fungerend voorzitter