Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

BAC 2022-09278

Advies van de Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen

Aan: Belastingdienst/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT)

Betreft: het bezwaarschrift van [belanghebbende]

Primair besluit: 8 juni 2022 met kenmerk UHT CHR GU

Ontvangst bezwaarschrift: 21 juli 2022

Hoorzitting: n.v.t.

Overdracht advies aan UHT: 20 december 2023

Samenvatting

De Bezwaarschriftenadviescommissie (hierna: de Commissie) adviseert UHT om het bezwaar ongegrond te verklaren.

Onderwerp van advies

Door gemachtigde is namens belanghebbende op 20 juli 2022 een bezwaarschrift ingediend. Het bezwaarschrift is gericht tegen de door UHT genomen (afwijzende) beschikking lichte toets van 8 juni 2022 met kenmerk UHT CHR GU.

Deze beschikking is gebaseerd op het Besluit forfaitair bedrag en verruiming compensatieregeling van 18 maart 2021 (Staatscourant 2021, 14691), gewijzigd bij Besluit uitbreiding Catshuisregeling Kinderopvangtoeslag van 31 mei 2021 (Staatscourant 2021, 28304).

Op 5 november 2022 is de Wet hersteloperatie toeslagen (hierna: Wht) in werking getreden (Staatsblad 2022, 433). Gelet op de artikelen 8.6 en 9.2 Wht wordt de bestreden beschikking geacht te zijn genomen op grond van artikel 2.1 en verder van de Wht.

Procesverloop

  • Belanghebbende heeft verzocht om een herbeoordeling van de Kinderopvangtoeslag (hierna: KOT).
  • Bij brief van 8 juli 2022 heeft UHT aan belanghebbende medegedeeld dat zij op basis van de uitgevoerde lichte toets nog geen reden ziet om aan belanghebbende € 30.000 toe te kennen en dat de integrale beoordeling nog moet worden uitgevoerd.
  • Gemachtigde heeft op 20 juli 2022 bezwaar gemaakt tegen deze beschikking. Op 3 augustus 2022 heeft UHT een ontvangstbevestiging gestuurd.
  • Op 11 mei 2023 heeft UHT een schriftelijke reactie gegeven.
  • Op 19 september 2023 is aan gemachtigde een uitnodiging gestuurd voor een hoorzitting op 17 oktober 2023.
  • Op 5 oktober 2023 heeft gemachtigde aangegeven af te zien van de hoorzitting en aanvullende gronden van bezwaar ingediend.
  • Op 19 oktober 2023 heeft UHT per mail laten weten dat de schriftelijke reactie geen aanvulling behoeft.
  • De Commissie bestaande uit een fungerend voorzitter en twee leden heeft dit advies behandeld.

Ontvankelijkheid en algemene opmerkingen

Niet in geschil is dat het bezwaarschrift ontvankelijk is.

Overwegingen ten aanzien van de bezwaren en het bestreden besluit

In het kader van de hersteloperatie kinderopvangtoeslag heeft het kabinet eind 2020 aanvullende maatregelen genomen met als doel ouders sneller recht te kunnen doen. Eén van die maatregelen betreft het uitkeren van een forfaitair bedrag van € 30.000 aan alle gedupeerde ouders die een verzoek voor herstel hebben ingediend, indien het verzoek wordt gehonoreerd.

Voor het beoordelen van de vraag of een ouder in aanmerking komt voor toekenning van het bedrag van € 30.000 is voorzien in het uitvoeren van een zogenaamde lichte toets. Na de lichte toets volgt een integrale beoordeling op grond van de Wht.

De Commissie ziet zich in deze procedure voor de vraag gesteld of UHT terecht en op goede gronden is gekomen tot haar beslissing om het verzoek van belanghebbende om compensatie of tegemoetkoming op basis van de lichte toets af te wijzen.

Gemachtigde stelt dat UHT niet heeft voldaan aan het vergaren van de nodige kennis omtrent de relevante feiten bij de voorbereiding van het bestreden besluit, zoals bepaald in artikel 3:2 Algemene wet bestuursrecht. Voorts stelt belanghebbende dat er in 2009 en 2010 wel is gereageerd op alle informatieverzoeken van de Belastingdienst/Toeslagen. Met betrekking tot toeslagjaar 2011 stelt gemachtigde dat de stelling van UHT dat de kinderopvanginstelling niet geregistreerd was in het Landelijk Register Kinderopvang (hierna: LRK) kan berusten op een kennelijke verschrijving.

UHT stelt dat belanghebbende wat betreft de vraag waarom niet zou zijn gereageerd op verzoeken om informatie, heeft aangegeven niet voor telefonisch contact open te staan. Gemachtigde geeft aan het verhaal enkel per mail te willen doen, maar heeft daar in deze procedure geen gevolg aan gegeven. UHT stelt verder dat het onderzoek naar de non-respons zich beter leent voor een gesprek. Van tevoren is namelijk niet duidelijk welke punten nadere toelichting behoeven. Mede gelet op deze omstandigheden is UHT voornemens bij de integrale beoordeling nader onderzoek te verrichten naar hetgeen destijds precies is gebeurd.

De Commissie overweegt dat zij UHT kan volgen ten aanzien van de motivering van het besluit en de zorgvuldigheid van het hieraan ten grondslag liggende onderzoek. Hoewel de beschikking geen uitvoerige motivering bevat, heeft UHT met de schriftelijke reactie en diverse documenten (waaronder RKT- en SAS-overzichten) alsnog gemotiveerd waarom zij, gelet op alle omstandigheden, op basis van de lichte toets aan belanghebbende vooralsnog geen € 30.000 heeft toegekend. Zo blijkt onder andere uit het RKT-overzicht (productie 8) dat op 1 april 2011 is gebleken dat de LRK-registratie van de kinderopvanginstelling ontbrak. Of sprake is van een mogelijk kennelijke verschrijving, zoals gemachtigde aanvoert, is een punt dat bij uitstek tijdens de integrale beoordeling kan worden onderzocht. Hetzelfde geldt voor het nader onderzoek naar de precieze gang van zaken rondom het niet reageren op verzoeken om informatie.

Het vorenstaande brengt mee dat de Commissie UHT zal adviseren het bezwaar ongegrond te verklaren. Voor zover een grondiger bestudering tijdens de integrale beoordeling tot de conclusie leidt dat belanghebbende toch als gedupeerde kan worden aangemerkt, kan alsnog worden overgegaan tot compensatie.

Conclusie

Samenvattend is de Commissie van oordeel dat UHT blijkens alle ter zake overgelegde stukken een voldoende zorgvuldig onderzoek heeft uitgevoerd in het kader van de lichte toets en adviseert de Commissie UHT om het bezwaarschrift ongegrond te verklaren, de bestreden beschikking in stand te laten en het verzoek om proceskosten af te wijzen. De Commissie geeft belanghebbende in overweging met bijstand van haar gemachtigde wel volledige medewerking aan de integrale beoordeling te geven.

[handtekening]

Secretaris

[handtekening]

Fungerend voorzitter