Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

BAC 2022-06107

Advies van de Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen

Aan: Belastingdienst/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT)

Betreft: het bezwaarschrift van [belanghebbende]

Primair besluit: 24 maart 2022 met kenmerk UHT CHR GU

Ontvangst bezwaarschrift: 8 april 2022

Hoorzitting: 3 augustus 2023

Overdracht advies aan UHT: 24 augustus 2023

Samenvatting

De Bezwaarschriftenadviescommissie (hierna: de Commissie) adviseert UHT om het bezwaar ongegrond te verklaren.

Onderwerp van advies

Het door (hierna: belanghebbende) ingediende bezwaarschrift van 6 april 2022, ingekomen op 8 april 2022, is gericht tegen de door UHT genomen (afwijzende) beschikking "lichte toets" € 30.000 van 24 maart 2022 (UHT CHR GU).

Deze beschikking is gebaseerd op het Besluit forfaitair bedrag en verruiming compensatieregeling van 18 maart 2021 (Staatscourant 2021, 14691) gewijzigd bij
Besluit uitbreiding Catshuisregeling Kinderopvangtoeslag van 31 mei 2021 (Staatscourant 2021, 28304, hierna: Catshuisregeling).

Op 5 november 2022 is de Wet hersteloperatie toeslagen (Wht) in werking getreden.

Gelet op artikelen 8.6 en 9.2 Wht moet de bestreden beschikking van 24 maart 2022 geacht worden te zijn genomen op grond van artikel 2 .1 en verder van de Wht.

Procesverloop

  • Bij beschikking van 24 maart 2022 heeft UHT aan belanghebbende medegedeeld
    dat zij op basis van de uitgevoerde zogenaamde lichte toets geen reden ziet om haar € 30.000 te betalen, vooruitlopend op de integrale beoordeling.
  • Bij brief van 6 april 2022, ontvangen op 8 april 2022, heeft belanghebbende bezwaar ingediend tegen deze beschikking. Op 21 april 2022 heeft UHT een ontvangstbevestiging gestuurd.
  • Op 1 maart 2023 heeft UHT schriftelijk gereageerd op het bezwaar van belanghebbende.
  • Op 3 augustus 2023 heeft de Bezwaarschriftenadviescommissie een hoorzitting gehouden in aanwezigheid van partijen. Een verslag hiervan is achter dit advies gevoegd.

Ontvankelijkheid en algemene opmerkingen

Niet in geschil is dat het bezwaarschrift ontvankelijk is.

Overwegingen ten aanzien van de bezwaren en het bestreden besluit

De Commissie ziet zich gesteld voor de vraag of UHT terecht en op goede gronden is
gekomen tot haar beslissing om het verzoek van belanghebbende om compensatie of
tegemoetkoming vooralsnog af te wijzen op basis van de lichte toets.

In het kader van de hersteloperatie kinderopvangtoeslag (hierna "KOT") heeft het kabinet eind 2020 aanvullende maatregelen genomen met als doel ouders sneller recht te kunnen doen. Eén van die maatregelen betreft het uitkeren van een forfaitair bedrag van€ 30.000 aan alle gedupeerde ouders die een verzoek voor herstel hebben ingediend, indien het verzoek wordt gehonoreerd (artikel 2. 7 Wht).

Voor het beoordelen van de vraag of een ouder in aanmerking komt voor toekenning van het bedrag van € 30.000 is voorzien in het uitvoeren van een zogenaamde lichte toets. Na deze lichte toets volgt een integrale beoordeling op grond van de Wht.

Bezwaar

In het bezwaar stelt belanghebbende dat UHT onterecht heeft geoordeeld dat zij niet in aanmerking komt voor KOT over het toeslagjaar 2012. Volgens belanghebbende is het onjuist dat de opvang waar haar dochter in 2012 naar toe zou zijn gegaan niet
geregistreerd stond in het Landelijk Register Kinderopvang (hierna: LRK).
Belanghebbende zou hierover meerdere malen telefonisch contact hebben opgenomen met de Belastingdienst/Toeslagen (hierna: B/T). In de jaren die volgden werd haar dochter ook naar dezelfde kinderopvang gebracht. Dat was toen geen probleem. Belanghebbende is daarom van mening dat zij recht heeft op de tegemoetkoming van € 30.000.

Onderzoek lichte toets

In de schriftelijke reactie heeft UHT aangegeven waarom zij nu geen reden ziet om tot
uitkering van € 30.000 aan belanghebbende over te gaan. Volgens UHT hebben de
bijstellingen voor de jaren 2007 tot en met 2009, 2012 en 2013, voor zover tot nu toe uit de stukken blijkt, plaatsgevonden conform de door belanghebbende verstrekte
informatie. Aan de hand van deze informatie heeft UHT geconcludeerd dat geen sprake is van institutioneel vooringenomen handelen of hardheid door B/T.

Toeslagjaar 2012

Tijdens de hoorzitting heeft UHT aangegeven, dat er in het toeslagjaar 2012 een
probleem was ontstaan met de registratie van de door belanghebbende gebruikte
opvanginstelling(en). Uit de systemen van B/T blijkt dat belanghebbende in het
toeslagjaar 2012 gebruik heeft gemaakt van twee opvanginstanties, namelijk en Belanghebbende had echter abusievelijk foutieve LRK-nummers doorgegeven aan B/T. Dit is later gecorrigeerd. De stelling dat belanghebbende gebruik heeft gemaakt van een niet-geregistreerde opvanginstelling, zoals verwoord in de beschikking van 24 maart 2022, is dus onjuist.

Hoewel is gebleken dat voornoemde beschikking onjuiste informatie bevat omtrent het toeslagjaar 2012, impliceert dit echter niet dat er sprake is geweest van een gebrekkige motivering dan wel onzorgvuldigheid. De Commissie is van oordeel dat met het indienen van het schriftelijke verweer (inclusief de overzichten van het Landelijk Incassocentrum ("LIC") en overige producties) en in aansluiting op de ter zitting uitgewisselde standpunten het bestreden besluit voldoende is onderbouwd.

De uitkomst van de lichte toets voor het toeslagjaar 2012 is dat er geen neerwaartse
bijstellingen of terugvorderingen zijn geweest. Er is vooralsnog niet gebleken van ten
onrechte ingestelde terugvorderingen, zodat belanghebbende voor de toeslagjaren 2007 tot en met 2009, 2012 en 2013 niet in aanmerking komt voor compensatie.

Gelet op het vorenstaande, meent de Commissie dat in deze bezwaarprocedure onvoldoende aanknopingspunten zijn om tot een andersluidend oordeel te komen dan UHT. Het bezwaar slaagt daarom niet.

De Commissie zal UHT daarom adviseren het bezwaar ongegrond te verklaren. Met
voorgaande beoordeling neemt de Commissie geen voorschot op de integrale beoordeling die nog zal plaatsvinden.

Conclusie

Samenvattend concludeert de Commissie dat UHT blijkens alle ter zake overgelegde
stukken een voldoende zorgvuldig onderzoek heeft uitgevoerd in het kader van de lichte toets en adviseert de Commissie UHT om het bezwaar ongegrond te verklaren;

[handtekening]

Secretaris

[handtekening]

Fungerend voorzitter