Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

BAC 2022-04254

Samenvatting

De Bezwaarschriftenadviescommissie (hierna: de Commissie) adviseert UHT om het bezwaarschrift gegrond te verklaren en een proceskostenvergoeding toe te kennen. De Commissie is van mening dat de UHT met het indienen van de schriftelijke reactie en de andere relevante stukken het besluit voldoende heeft onderbouwd. De Commissie adviseert de aangevallen beschikking te herroepen omdat een aantal bedragen van de compensatieberekening onjuist zijn. Deze bedragen moeten in de beslissing op bezwaar gewijzigd worden. De Commissie adviseert de UHT om deze wijzigingen in de beslissing op bezwaar nogmaals toe te lichten. Daarnaast acht de Commissie het bezwaar met betrekking tot de juridische kosten voor 2015 gegrond. Dit komt doordat belanghebbende in 2015 juridische hulp kreeg van een gemachtigde bij het indienen van een beroep voor een betalingsregeling. De Commissie benadrukt dat bij de berekening van deze vergoeding een wegingsfactor van twee wordt toegepast tegen het hoogst geldende tarief. De Commissie acht de brief van 26 februari 2010 als de startdatum voor de vergoeding van immateriƫle schade, omdat dit het eerste neerwaartse correctiebesluit is. Verder wordt als einddatum voor de compensatie van immateriƫle schade de dagtekening van de beslissing op bezwaar gehanteerd. De Commissie adviseert de UHT om dit aan te passen in de beslissing op bezwaar.

Advies