BAC 2021-2711
Publicatiedatum 07-06-2024
Advies van de Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen
Aan: Belastingdienst/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT)
Betreft: het bezwaarschrift van [belanghebbende]
Primair besluit: mei 2021
Ontvangst bezwaarschrift: 16 juli 2021
Overdracht advies aan UHT: 21 januari 2022
Samenvatting
De Bezwaarschriftenadviescommissie (hierna: de Commissie) adviseert UHT om over te gaan tot de integrale beoordeling van de compensatie. Voorts adviseert de Commissie om het bezwaar tegen de toekenning van € 30.000 kennelijk ongegrond te verklaren en belanghebbende te laten weten dat dit geen gevolgen heeft voor de integrale beoordeling.
Onderwerp van advies
Het bezwaarschrift van (hierna: belanghebbende) is gericht tegen de beschikking minimumbedrag herbeoordeling kinderopvangtoeslag van 8 mei 2021 met kenmerk UHT-B DMB2 van de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT).
Bij de voormelde beschikking heeft UHT aan belanghebbende een compensatiebedrag
toegekend ter hoogte van € 30.000. Deze beschikking is gebaseerd op de Catshuisregeling Kinderopvangtoeslag van 31 mei 2021.
De Commissie, bestaande uit [voorzitter] en [leden], heeft het bezwaarschrift behandeld in haar vergadering van 20 januari 2022.
Gronden van bezwaar
De gronden van bezwaar luiden – samengevat – als volgt.
Belanghebbende is het niet eens met de uitkering van € 30.000, omdat zij indertijd in
grote financiële en psychische problemen is gekomen in verband met de kinderopvangtoeslag. Zij en haar kinderen hebben hieronder geleden. Zij heeft een lening moeten afsluiten bij het Zelfstandige loket Flevoland van € 18.262,95 en was genoodzaakt een lening op te nemen van € 50.000 bij een goede vriendin. Voorts
heeft belanghebbende allerlei problemen moeten oplossen met deurwaarders en kosten moeten maken bij de rechtbank.
Toepasselijke wet- en regelgeving
- Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb);
- Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (hierna: Awir);
- Verzamelbesluit Toeslagen van 17 april 2020 (Staatscourant2020, 22720);
- Besluit Compensatieregeling CAF 11 en vergelijkbare (CAF-)zaken (hierna:
Compensatieregeling), gedateerd:
o 6 december 2019, Staatscourant 9 december 2019, 66172;
o 20 mei 2020, Staatscourant 26 mei 2020, 28700;
o 28 augustus 2020, Staatscourant 7 september 2020, 45904; - Besluit proceskosten bestuursrecht van 22 december 1993 (hierna: Besluit
proceskosten); - Besluit forfaitair bedrag en verruiming compensatieregeling van 18 maart 2021
(Staatscourant 2021, 14691) gewijzigd bij Besluit uitbreiding Catshuisregeling
Kinderopvangtoeslag van 31 mei 2021, (Staatscourant 2021, 28304) (hierna:
Catshuisregeling).
Ontvankelijkheid en algemene opmerkingen
Het bezwaarschrift is tijdig ingediend en ontvangen, en voldoet aan de daaraan te stellen eisen.
Overwegingen ten aanzien van de bezwaren en het bestreden besluit
Belanghebbende heeft met het indienen van dit bezwaarschrift willen bewerkstelligen dat zij voor meer compensatie in aanmerking komt. Zij heeft echter daarmee ook formeel bezwaar gemaakt tegen het besluit waarin het forfaitaire bedrag van € 30.000 is toegekend.
De Commissie constateert dat de ouder door UHT is aangemerkt als gedupeerde in de
toeslagenaffaire en dat de Catshuisregeling correct is uitgevoerd.
Het uitkeren van het forfaitaire bedrag van € 30.000 is gebaseerd op de Catshuisregeling. Het Kabinet heeft deze regeling vastgesteld om UHT in staat te stellen gedupeerde ouders sneller (voor een gedeelte) te compenseren.
Na toekenning van het forfaitaire bedrag zal UHT op een later moment het definitieve
bedrag aan compensatie of tegemoetkoming op grond van een van de herstelregelingen, bedoeld in onderdeel 2.1 van de Catshuisregeling vaststellen. Belanghebbende behoeft daarvoor geen actie te ondernemen. Tegen deze definitieve beschikking kan bezwaar worden gemaakt.
Voor de aanvullende compensatie voor werkelijke schade dient belanghebbende een
verzoek in te dienen bij de Commissie Werkelijke Schade.
Het bezwaarschrift van belanghebbende is dan ook kennelijk ongegrond. De Commissie heeft met toepassing van artikel 7:3 Awb van het horen van belanghebbende afgezien.
Advies
De Commissie adviseert het bezwaar tegen de toekenning van € 30.000 kennelijk ongegrond te verklaren en over te gaan tot de integrale beoordeling van de compensatie.
[handtekening]
Secretaris
[handtekening]
Fungerend voorzitter