BAC 2021-00996
Publicatiedatum 24-04-2025
Advies van de Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen
Aan: Belastingdienst/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT)
Betreft: het bezwaarschrift van [belanghebbende]
Primair besluit: 23 februari 2021
Ontvangst bezwaarschrift: 24 juni 2021
Hoorzitting: n.v.t.
Overdracht advies aan UHT: 22 april 2022
Samenvatting
De Bezwaarschriftenadviescommissie (hierna: de Commissie) adviseert de UHT om de integrale beoordeling van de compensatie zo spoedig mogelijk in gang te zetten. Voorts adviseert de Commissie om het bezwaar tegen de toekenning van € 30.000,- kennelijk ongegrond te verklaren en om aan belanghebbende te laten weten dat dit geen gevolgen heeft voor de integrale beoordeling.
Onderwerp van advies
Het bezwaarschrift van belanghebbende, ingediend door zijn gemachtigde, is gericht tegen de beschikking minimumbedrag herbeoordeling kinderopvangtoeslag van 23 februari 2021 (UHT-B DMB2) van de Belastingdienst/Toeslagen/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT).
Deze beschikking is gebaseerd op het Besluit forfaitair bedrag en verruiming compensatieregeling van 18 maart 2021 (Staatscourant 2021, 14691) gewijzigd bij Besluit uitbreiding Catshuisregeling Kinderopvangtoeslag van 31 mei 2021, (Staatscourant 2021, 28304).
Bij de voormelde beschikking heeft UHT aan belanghebbende een compensatiebedrag toegekend van € 30.000,-.
De Commissie heeft het bezwaarschrift behandeld in haar vergadering van 15 april 2022.
Ontvankelijkheid en algemene opmerkingen
Niet in geschil is dat het bezwaarschrift tijdig is ingediend en tijdig is ontvangen en dat het voldoet aan de daaraan te stellen eisen.
Overwegingen ten aanzien van de bezwaren en het bestreden besluit
Het uitkeren van het forfaitair bedrag van € 30.000- is gebaseerd op de Catshuisregeling. Het Kabinet heeft deze regeling vastgesteld om UHT in staat te stellen gedupeerde ouders sneller (voor een gedeelte) te compenseren.
Na toekenning van het forfaitaire bedrag zal UHT op een later moment het definitieve bedrag aan compensatie of tegemoetkoming op grond van een van de herstelregelingen, bedoeld in onderdeel 2.1 van de Catshuisregeling, bij beschikking vaststellen; belanghebbende behoeft daarvoor geen actie te ondernemen. Tegen dit definitieve bedrag kan bezwaar worden gemaakt.
Indien belanghebbende daarnaast voor aanvullende compensatie voor werkelijke schade in aanmerking wil komen, moet hij daarvoor een verzoek indienen bij UHT.
Hoewel het bezwaarschrift zich (blijkens de aanhef) zegt te richten tegen de voormelde beschikking waarbij aan belanghebbende een uitkering van € 30.000,- op grond van de Catshuisregeling is toegekend, bevat het geen bezwaren tegen toekenning van dat bedrag, maar uitsluitend een verzoek om meer compensatie.
Belanghebbende heeft met het indienen van dit bezwaarschrift naar alle waarschijnlijkheid dan ook alleen heeft willen bewerkstelligen dat hij voor meer compensatie in aanmerking komt. Hij heeft echter daarmee ook formeel bezwaar gemaakt tegen het besluit waarin het forfaitaire bedrag van € 30.000,- is toegekend.
De gronden die belanghebbende in het bezwaarschrift noemt, geven de Commissie geen enkele reden om te oordelen dat belanghebbende het forfaitaire bedrag ten onrechte heeft ontvangen of dat de Catshuisregeling niet goed is uitgevoerd.
Het bezwaarschrift van belanghebbende is in die zin kennelijk ongegrond. De Commissie heeft met toepassing van artikel 7:3 Awb van het horen van belanghebbende afgezien.
Voor de aanvullende compensatie voor werkelijke schade dient belanghebbende een
verzoek in te dienen bij UHT. De Commissie heeft het bezwaar van belanghebbende
aangemerkt als een (herhaald) verzoek om meer compensatie. De Commissie wijst UHT, wellicht ten overvloede, op het belang van belanghebbende bij een spoedige integrale beoordeling.
Conclusie
Samengevat adviseert de Commissie het bezwaar tegen de toekenning van € 30.000,-
kennelijk ongegrond te verklaren en de integrale beoordeling van de compensatie in
gang te zetten.
[handtekening]
Secretaris
[handtekening]
Fungerend voorzitter