Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

BAC 2021-00509

Advies van de Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen

Aan: Belastingdienst/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT)

Betreft: het bezwaarschrift van [belanghebbende]

Primair besluit: 10 september 2021 met kenmerk UHT DC I

Ontvangst bezwaarschrift: 1 oktober 2021

Hoorzitting: 28 oktober 2022 om 11.30 uur

Overdracht advies aan UHT: 05 december 2022

Samenvatting

De Bezwaarschriftenadviescommissie (hierna: de Commissie) adviseert Belastingdienst/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT) om het bezwaarschrift ongegrond te verklaren maar het verzoek voor een proceskostenvergoeding wel toe te wijzen.

Procesverloop

Belanghebbende heeft kinderopvangtoeslag (hierna: kot) gekregen over verschillende toeslagjaren.

  • Belanghebbende heeft zich op 31 december 2019 bij UHT gemeld met een verzoek om herbeoordeling van haar situatie ten aanzien van de aan haar uitgekeerde kinderopvangtoeslag over de jaren 2010 tot en met 2013.
  • Op 20 mei 2021 heeft de Commissie van wijzen (hierna: CvW) geoordeeld dat voor de toeslagjaren 2010 en 2011 de compensatieregeling van toepassing is maar niet over de toeslagjaren 2012 en 2013.
  • Bij brief van 8 juli 2021 UHT-VC I is aangekondigd dat belanghebbende aanspraak maakt op een compensatiebedrag van € 61.496, omdat is gebleken dat er fouten zijn gemaakt met betrekking tot de toeslagjaren 2010 tot en met 2012. Ter hoorzitting is aangegeven dat er sprake is van een tikfout en dat er gelezen moet worden ‘2010 en 2011’ zoals in de definitieve beschikking is vermeld.
  • Bij beschikking van 10 september 2021 is belanghebbende meegedeeld dat het definitieve compensatiebedrag is vastgesteld op € 61.713, omdat er fouten zijn gemaakt ten aanzien van de toeslagjaren 2010 en 2011.
  • Bij brief van 1 oktober 2021 heeft gemachtigde namens belanghebbende bezwaar gemaakt tegen de beschikking van 10 september 2021 die betrekking heeft op de toeslagjaren 2010 en 2011.
  • Op 24 augustus 2022 heeft UHT haar schriftelijke reactie (hierna: verweerschrift) ingediend bij de Commissie. Dit verweerschrift is aan belanghebbende toegestuurd.
  • Op 28 oktober 2022 heeft een hoorzitting plaatsgevonden in aanwezigheid van partijen.

Ontvankelijkheid en algemene opmerkingen

Niet in geschil is dat het bezwaarschrift tijdig is ingediend en ontvangen en dat het ook overigens voldoet aan de daaraan te stellen eisen.

Overwegingen ten aanzien van de bezwaren en het bestreden besluit

Ter hoorzitting heeft gemachtigde aangegeven dat zij eerst na ontvangst van de op de zaak betrekking hebbende stukken heeft kunnen vaststellen dat het compensatiebedrag betreffende de toeslagjaren 2010 en 2011 juist is en dat dit ook (volledig) is overgemaakt naar belanghebbende. Zij geeft aan dat er geen bezwaren meer resteren. Gemachtigde verzoekt om toekenning van een proceskostenvergoeding nu het instellen van bezwaar nodig was om een toereikende motivering van UHT te verkrijgen en om op basis daarvan de juistheid van het toegekende compensatiebedrag te kunnen controleren.

De Commissie kan gemachtigde hierin volgen en adviseert om een proceskostenvergoeding toe te kennen, daarbij uit te gaan van 2 punten (1 punt bezwaarschrift en 1 punt verschijnen hoorzitting), per procespunt een wegingsfactor 2 toe te kennen en daarbij het hoogste bedrag van € 759,- per procespunt te hanteren.

Conclusie

Gelet op het vorenstaande adviseert de Commissie UHT om:

  • het bezwaar ongegrond te verklaren en
  • het verzoek om een proceskostenvergoeding toe te wijzen.

[handtekening]

Secretaris

[handtekening]

Fungerend voorzitter