BAC 2022-08567

Publicatiedatum 07-05-2025

Advies van de Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen

Onderwerp van advies

De door de gemachtigde namens belanghebbende ingediende bezwaarschriften zijn gericht tegen de door de uitvoeringsorganisatie genomen Beschikking eerste toets € 30.000,- met kenmerk UHT CHR MGU en de Definitieve beschikking beoordeling kinderopvangtoeslag met kenmerk UHT-DCHA.

In de beschikking betreffende de eerste toets is aan belanghebbende met toepassing van het Besluit forfaitair bedrag en verruiming compensatieregeling van 18 maart 2021 (Staatscourant 2021, 14691), gewijzigd bij het Besluit uitbreiding Catshuisregeling Kinderopvangtoeslag van 31 mei 2021 (Staatscourant 2021, 28304, hierna: Catshuisregeling), geen betaling van € 30.000,- toegekend.

Op 5 november 2022 is de Wet van 2 november 2022 houdende regels ten behoeve van de hersteloperatie toeslagen (Wet hersteloperatie toeslagen, hierna: Wht) in werking getreden. Gelet op het bepaalde in de artikelen 8.6 en 9.2 Wht moet de beschikking betreffende de eerste toets geacht worden te zijn genomen op grond van artikel 2.1 en verder van de Wht.

In de definitieve beschikking beoordeling kinderopvangtoeslag is met toepassing van de Wht aan belanghebbende geen compensatie toegekend voor de toeslagjaren 2005, 2006 en 2007.

Procesverloop

• Belanghebbende heeft verzocht om een herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag over de jaren 2006 en 2007.
• De uitvoeringsorganisatie heeft bij beschikking medegedeeld dat belanghebbende (vooralsnog) niet in aanmerking komt voor een betaling van € 30.000,-.
• De gemachtigde van belanghebbende heeft tegen deze beschikking een bezwaarschrift ingediend.
• De Commissie van Wijzen (hierna: CvW) heeft haar beoordeling van het verzoek van belanghebbende aan de uitvoeringsorganisatie toegestuurd. De CvW heeft geoordeeld dat de compensatieregeling van artikel 2.1, eerste lid, van de Wet hersteloperatie toeslagen (Wht) niet van toepassing is op de toeslagjaren 2005 tot en met 2007.
• Bij beschikking heeft de uitvoeringsorganisatie belanghebbende bericht dat hij geen recht heeft op compensatie kinderopvangtoeslag voor de jaren 2005 tot en met 2007.
• De gemachtigde heeft tegen deze beschikking een bezwaarschrift ingediend.
• De uitvoeringsorganisatie heeft schriftelijk gereageerd op de bezwaarschriften.
• Er heeft een hoorzitting plaatsgevonden. Van deze hoorzitting is een verslag gemaakt, dat als bijlage bij dit advies is gevoegd.
• Dit advies wordt uitgebracht door de leden van de bezwaarschriftenadviescommissie.

Ontvankelijkheid en algemene opmerkingen

Niet in geschil is dat de bezwaarschriften ontvankelijk zijn.

Overwegingen ten aanzien van de bezwaren en het bestreden besluit

De Commissie ziet zich gesteld voor de vraag of de uitvoeringsorganisatie terecht en op goede gronden heeft besloten het verzoek van belanghebbende om compensatie of tegemoetkoming af te wijzen.
De Commissie beantwoordt deze vraag bevestigend en licht dat als volgt toe:

Dossier; equality of arms
Belanghebbende voert aan dat hij zijn persoonlijk dossier en de op de zaak betrekking hebbende stukken niet heeft ontvangen, waardoor hij niet kan controleren of hij inderdaad geen aanspraak maakt op compensatie. Hij stelt dat zijn procespositie hierdoor is benadeeld, nu de uitvoeringsorganisatie wél over het volledige dossier beschikt. Volgens belanghebbende is daarmee geen sprake van ‘equality of arms’.
De Commissie volgt dit standpunt niet. De schriftelijke reacties en de op de zaak betrekking hebbende stukken zijn tijdig toegezonden. De Commissie heeft geen aanwijzingen gevonden dat niet is voldaan aan de verplichting, zoals neergelegd in artikel 7:4, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht, om alle op de zaak betrekking hebbende stukken ter inzage te leggen. De Commissie adviseert de uitvoeringsorganisatie daarom om dit onderdeel van het bezwaar ongegrond te verklaren.

Aanspraak op kinderopvangtoeslag
De uitvoeringsorganisatie stelt dat in geen enkel registratiesysteem aanwijzingen zijn aangetroffen waaruit blijkt dat door belanghebbende een aanvraag voor kinderopvangtoeslag is gedaan over de jaren 2005, 2006 en 2007. Ook heeft belanghebbende geen informatie overgelegd waaruit kan worden afgeleid dat in die jaren daadwerkelijk een aanvraag is ingediend.
Nu uit de dossierstukken op geen enkele wijze blijkt, noch anderszins aannemelijk is geworden, dat belanghebbende in genoemde jaren aanspraak heeft gemaakt op kinderopvangtoeslag, is de Commissie van oordeel dat geen beroep kan worden gedaan op de Wet hersteloperatie toeslagen met betrekking tot de jaren 2005, 2006 en 2007.

Proceskostenvergoeding
Omdat de Commissie niet adviseert om de primaire besluiten te herroepen, bestaat er geen aanleiding om een vergoeding van proceskosten toe te kennen.

Conclusie

Samengevat adviseert de Commissie om de bezwaren ongegrond te verklaren.