BAC 2022-04145
Publicatiedatum 13-10-2023
Advies van de Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen
Aan: Belastingdienst/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT)
Betreft: het bezwaarschrift van [belanghebbende]
Primair besluit: 20 december 2021 met kenmerk UHT CHR GU
Ontvangst bezwaarschrift: 26 januari 2022
Hoorzitting: 22 juni 2023
Overdracht advies aan UHT: 6 juli 2023
Samenvatting
De Bezwaarschriftenadviescommissie (hierna: de Commissie) adviseert UHT om het bezwaar ongegrond te verklaren, de bestreden beschikking in stand te laten en de integrale beoordeling te starten.
Onderwerp van advies
Het door [belanghebbende] ingediende bezwaarschrift is gericht tegen de door UHT genomen beschikking lichte toets € 30.000 van 20 december 2021 (met kenmerk UHT CHR GU). In deze beschikking heeft UHT kenbaar gemaakt dat zij op grond van de lichte toets nog geen reden ziet om aan belanghebbende het forfaitaire bedrag van € 30.000 uit te betalen.
Overgangsrecht
Op 5 november 2022 is de Wet van 2 november 2022 houdende regels ten behoeve van de hersteloperatie toeslagen (Wet hersteloperatie toeslagen, hierna: Wht) in werking getreden).
Gelet op het bepaalde in artikel 8.6 en 9.2 Wht moeten de bestreden beschikkingen
geacht worden te zijn genomen op grond van artikel 2.1 en verder van de Wht.
Procesverloop
- Bij beschikking van 20 december 2021 heeft UHT aan belanghebbende meegedeeld dat zij (nog) geen recht heeft op een betaling van € 30.000.
- Bij brief van 24 januari 2022 heeft belanghebbende bezwaar ingediend tegen deze beschikking.
- Op 18 februari 2022 heeft UHT de ontvangst van het bezwaarschrift schriftelijk aan belanghebbende bevestigd.
- UHT heeft op 24 november 2022 schriftelijk gereageerd op het bezwaar.
- Op 22 juni 2023 heeft de Commissie het bezwaar van belanghebbende behandeld op een hoorzitting in aanwezigheid van belanghebbende en UHT. Een verslag hiervan is achter dit advies gevoegd.
Ontvankelijkheid en algemene opmerkingen
Niet in geschil is dat het bezwaarschrift ontvankelijk is.
Overwegingen ten aanzien van de bezwaren en het bestreden besluit
Belanghebbende is het niet eens met de beslissing van UHT in de lichte toets om haar nog geen € 30.000 toe te kennen over de toeslagjaren 2010 tot en met 2019. In bezwaar is de Commissie – kort samengevat – gevraagd of UHT op goede gronden tot deze beslissing is gekomen.
Het kabinet heeft in het kader van de hersteloperatie kinderopvangtoeslag een aantal
aanvullende maatregelen genomen met als doel sneller recht te kunnen doen aan een
grote groep gedupeerde ouders. Een van die maatregelen betreft het uitkeren van een
forfaitair bedrag van € 30.000 aan alle gedupeerde ouders die een verzoek voor herstel
hebben ingediend en daarvoor, na een lichte toets, in aanmerking komen.
De Commissie maakt uit de door UHT ingediende schriftelijke reactie met onderliggende stukken en de mondelinge toelichting daarop ter zitting op dat de bijstellingen van de kinderopvangtoeslag (hierna: KOT) over de toeslagjaren 2010 tot en met 2019 hebben plaatsgevonden conform de door belanghebbende opgegeven wijzigingen in (met name) opvanguren en veranderingen in het inkomen. Deze wijzigingen vinden plaats aan de hand van het reguliere toeslagenproces en geven op zich zelf geen blijk van vooringenomen handelen of hardheid als bedoeld in artikel 2.1 Wht. Voor de stelling van belanghebbende, dat er op enig moment sprake is geweest van een stopzetting van de KOT, ziet de Commissie geen aanknopingspunten. Uit de SAS-overzichten blijkt bijvoorbeeld dat er bij elke afgegeven beschikking een bedrag aan KOT aan belanghebbende is toegekend. Voorts is uit de stukken niet gebleken van een antwoordformulier en/of beschikking tot nihilstelling. De Commissie begrijpt daarom dat UHT heeft geoordeeld dat belanghebbende in de lichte toets nog niet in aanmerking komt voor compensatie over de toeslagjaren.
Ter zitting heeft UHT aangegeven dat zij in de relatief beperkte kaders van de lichte toets geen aanknopingspunten heeft gevonden voor de door belanghebbende gestelde stopzetting van de KOT. Bij de (nog op te starten) integrale beoordeling zullen echter overzichten van het Landelijk Incasso Centrum worden betrokken, die een dergelijk inzicht mogelijk wet kunnen bieden. De Commissie adviseert UHT dit extra kritisch te beschouwen.
Conclusie
Samenvattend concludeert de Commissie dat UHT voldoende zorgvuldig onderzoek heeft uitgevoerd in het kader van de lichte toets. De Commissie adviseert UHT om het
bezwaarschrift ongegrond te verklaren, de bestreden beschikking in stand te laten en de integrale beoordeling van het dossier van belanghebbende in gang te zetten.
[handtekening]
Secretaris
[handtekening]
Fungerend voorzitter