BAC 2021-00990
Publicatiedatum 24-04-2025
Advies van de Bezwaarschriftenadviescommissie hersteloperatie toeslagen
Aan: Belastingdienst/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT)
Betreft: het bezwaarschrift van [belanghebbende]
Primair besluit: 8 mei 2021 met kenmerk UHT-B DMB2
Ontvangst bezwaarschrift: 23 juni 2021
Hoorzitting: n.v.t.
Overdracht advies aan UHT: 28 december 2021
Samenvatting
De Bezwaarschriftenadviescommissie (hierna: de Commissie) adviseert UHT om
de integrale beoordeling van de compensatie in gang te zetten. Voorts adviseert
de Commissie om het bezwaar tegen de toekenning van € 30.000,- kennelijk
ongegrond te verklaren en om aan belanghebbende te laten weten dat dit geen
gevolgen heeft voor de integrale beoordeling.
Onderwerp van advies
Het bezwaarschrift van belanghebbende is gericht tegen de beschikking ‘U krijgt 30.000 euro van ons’ van 8 mei 2021 (UHT-B DMB2) van de Belastingdienst/Toeslagen/Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (hierna: UHT).
Bij de voormelde beschikking heeft UHT aan belanghebbende een compensatiebedrag
toegekend ter hoogte van € 30.000,-. Deze beschikking is gebaseerd op de
Catshuisregeling Kinderopvangtoeslag van 31 mei 2021.
De Commissie heeft het bezwaarschrift behandeld in haar vergadering van 23
december 2021.
Ontvankelijkheid en algemene opmerkingen
Het bezwaarschrift is tijdig ingediend en ontvangen, en voldoet aan de daaraan te stellen eisen.
Overwegingen ten aanzien van de bezwaren en het bestreden besluit
Het uitkeren van het forfaitair bedrag van € 30.000,- is gebaseerd op de
Catshuisregeling. Het Kabinet heeft deze regeling vastgesteld om UHT in staat te stellen gedupeerde ouders sneller (voor een gedeelte) te compenseren.
Na toekenning van het forfaitaire bedrag zal UHT op een later moment het definitieve
bedrag aan compensatie of tegemoetkoming op grond van een van de herstelregelingen, bedoeld in onderdeel 2.1 van de Catshuisregeling vaststellen. Belanghebbende behoeft daarvoor geen actie te ondernemen. Tegen deze definitieve beschikking kan bezwaar worden gemaakt.
Indien belanghebbende daarnaast voor aanvullende compensatie voor werkelijke schade in aanmerking wil komen, moet zij daarvoor een verzoek indienen bij UHT.
Hoewel het bezwaarschrift zich richt tegen de voormelde beschikking waarbij aan
belanghebbende een uitkering van €30.000,- op grond van de Catshuisregeling is
toegekend, bevat het geen bezwaren tegen toekenning van dat bedrag, maar uitsluitend een verzoek om meer compensatie.
Belanghebbende heeft met het indienen van dit bezwaarschrift willen bewerkstelligen dat zij voor meer compensatie in aanmerking komt. Zij heeft echter daarmee ook formeel bezwaar gemaakt tegen het besluit waarin het forfaitaire bedrag van € 30.000,- is toegekend.
De Commissie constateert dat de ouder door UHT is aangemerkt als gedupeerde in de
toeslagenaffaire en ziet in het bezwaarschrift geen grond voor het oordeel dat de
Catshuisregeling niet correct is uitgevoerd.
Het bezwaarschrift van belanghebbende is in die zin kennelijk ongegrond. De Commissie heeft met toepassing van artikel 7:3 Awb van het horen van belanghebbende afgezien.
Conclusie
De Commissie adviseert het bezwaar tegen de toekenning van € 30.000, - kennelijk
ongegrond te verklaren en de integrale beoordeling van de compensatie in gang te
zetten.
[handtekening]
Secretaris
[handtekening]
Fungerend voorzitter